maandag 15 december 2014

Van jungle...naar jungle...naar tropisch paradijs (blog Reinie)

Zoals Sarissa in de blog hieronder vertelde komen onze berichten nu even apart omdat we de laatste tijd veel apart zijn. 4 december zijn mijn vader vriend aangekomen in Suriname. Ik heb ze opgehaald van het vliegveld in Zanderij en was heel erg blij ze weer te zien. Ik wil ze de komende tijd zoveel mogelijk van Suriname laten zien en dus had ik gelijk dit weekend een trip naar De Plantage Commewijne gepland. Dit is een heerlijk resort midden in een met jungle overwoekerde plantage en maar een half uur rijden vanaf Paramaribo. Maar als je daar bent heb je helemaal niet in de gaten dat je nog zo dichtbij huis bent. De mannen werden dit hele weekend overweldigd met de prachtige natuur van Suriname. Rondom ons huisje werden alleen al 25 soorten vogels vastgelegd met alle apparatuur die mee was. Daarnaast vlogen de kapucijnapen en doodshoofdaapjes je om de oren. Tijdens ontbijt en lunch werd je getrakteerd op een show van deze apen die allemaal vruchten uit de palmbomen wilden eten. En dan heb je alles gezien? Nee hoor. Twee kaaimannen zagen we zo op klaarlichte dag zwemmen in een nabij slootje en vleermuizen die op ooghoogte daar een dutje deden. Een stoere varaan durfde over een houten bruggetje ons tegemoet te lopen en ons hele weekend was compleet. Peter en Pieter verwende ons met eten en drinken uit eigen tuin en als ik het filmen of fotograferen even zat was kon ik heerlijk buiten in de jacuzzi of zwembad chillen. En ik kan je vertellen, zwemmen midden in de jungle verlicht met fakkels met volle maan....dat is magisch.

Tja, en dan is daarna werken wel weer even een omschakeling, maar ik mocht niet klagen, want na één dag vertrok ik met de mannen voor twee dagen naar Brownsberg. En dat was een totaal andere trip. We reden op eigen houtje de Brownsberg op waar we een kamer boekten voor een nacht. In alle enthousiasme waren we bedlakens vergeten, maar terwijl we ons voorbereiden om later op de avond op een kaal matras te slapen werden we toch nog weer verrast door de schoonmaakster die lakens kwam brengen. We maakten een wandeling naar de Ireneval en Leoval. Vooral de eerste tocht was best steil en met de warme vochtige lucht was dat een pittige daling. Maar onder de Ireneval kon ik weer afkoelen. De waterval stond er idyllisch bij zo midden in de groene natuur, maar we liepen weer snel verder naar de Leoval omdat er veel stekende insecten waren. De Leoval zelf vonden we niet erg spectaculair, maar er waren wel leuke, gekleurde, tropische kikkers wat voor foto- en filmcamera een leuk studieobject is. Toen het begon te druppen zijn we snel weer omhoog gaan klimmen. Snel genoeg ging dit echter niet. We kregen een volle regenbui op ons hoofd. Alles, letterlijk ALLES, was doorweekt. Zelfs inhoud van waterdichte tassen waren toch gaan zwemmen in al het water. Ferdy's telefoon en fotocamera lagen op sterven (inmiddels niet meer :-)), maar de rest had het aardig overleefd. De bui stopte niet meer en toen we besloten te gaan koken, bleek dat onze VOLLEDIG ingerichte keuken geen aansteker bevatte en we dus niet konden koken. We besloten een kijkje te nemen bij de receptie of de bar of restaurant voor iemand met een aansteker, maar alles was donker en zwart. We waren helemaal alleen op een verlaten berg. (ja ja, woordspeling). Dus het avondeten werd een broodje jam. De regen werd alleen maar erger, dus toen hebben we gewacht totdat het negen uur was, want dan mochten we van onszelf naar bed. De trip was voor ons volledig in het water gevallen (ja, weer een woordspeling, wat een lol). Maar toch was er de volgende dag een lichtpuntje. Het was compleet mistig toen we wakker werden, maar een eigenwijze wandeling van 15 minuten naar de top van de berg leverde iets van zicht op op wat bomen. En laten daar nou een aantal toekans, roofvogels en spinapen wonen. Dus toen waren we toch nog weer een beetje blij.

Om een beetje met beide benen op de grond te blijven, werkte ik weer een dagje waarna we al weer vertrokken voor de volgende trip. Samen met Sanne en Ginny gingen we eerst naar Bongo Island op het stuwmeer. We hadden veel regen op de heenreis en omdat we toch nog moesten wachten totdat het stopte reden we met de auto door het dorp Brokopondo. Precies de drie uur die we nodig hadden om te varen bleef het droog. Bongo Island was een beetje verregend, maar stond er paradijselijk bij als altijd. Het resort dat Raul Terborg aan het bouwen is op dit eiland begint al aardig vorm te krijgen. Het begon weer te regenen, maar dit hield ons niet tegen om weer te gaan piranha's vissen. Door het drijfzand, de poncho en het feit dat het al bijna donker werd, viel dit niet mee. Sanne had als enige van ons een Tukunari gevangen. De volgende dag waren we blij verrast met een prachtige zonsopkomst. Het was weer heerlijk weer en dus konden we nog even genieten van het prachtige eiland en lekker zwemmen in het stuwmeer. Toch moesten we al weer snel verder met twee boten en een autorit naar Botopasi. Hier werden we weer verwelkomd door Corrie, Haidy en Ian. Ik vond het heel fijn om hier weer te zijn na twee maanden. Ik kon mijn vader en vriend het dorp en de school laten zien waar we hadden gewerkt. Ik kwam in Botopasi ook een kennis uit Nederland tegen (allebei stomverbaasd) die hier met een vriendin van de Ja foundation rekenboeken aan alle klassen van deze school uitdeelden. We hielpen ze de boeken naar de school te sjouwen wat in de hitte wel even pittig was. Bij de school kon ik zelf de directrice van de school nog blij maken met dozen tandenborstels, tandpasta's en stuiterballen. Ze herkende me nog en was heel blij met de spullen dus dat was erg leuk. Naast Botopasi maakten we ook nog een wandeling door onder andere de dorpen Pasensee, Debike en Pikin Slee. Onderweg werd aan ons gevraagd of we 'even' een trekker de heuvel op konden helpen trekken. Ongeveer dertig kinderen keken ons hoopvol aan dus gingen wij er ook vol voor. Een klein jongetje bestuurde de trekker en samen met de kinderen kregen we de trekker de heuvel op in de schuur. Dit was erg leuk om te doen. In Pikin Slee gingen we nog langs het museum, maar zelf ben ik niet naar binnen geweest, omdat ik er pas nog ben geweest. Uiteraard was er ook voldoende tijd voor ontspannen in rivier. Een heerlijk rugmassage van de stroomversnelling en fijn een boekje lezen op de rotsen. Geen betere plek om dat te doen. Voor nu is het de laatste keer dat ik in Botopasi ben, maar ik ga zeker nog een keer terug. Botopasi is zo fijn, gastvrij en zo ontzettend mooi en de kinderen zijn er zo leuk dat ik snel weer een keer terug wil. Waarschijnlijk in combinatie met Bongo Island, want als dat resort af is, krijgt niemand me hier meer vandaan denk ik.

Veel gezien, dus veel foto's. Een kleine selectie hiervan kun je nu bij 'Foto's' zien. Voor meer informatie over de Ja foundation: www.jafoundation.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten